Tuinbonen zijn echte voorjaarsfavorieten in de moestuin van Oosterwold. Ze behoren tot de peulvruchten en groeien aan hoge, stevige planten die ook prachtige zwart-witte bloemetjes dragen. Je zaait ze vaak al in februari of maart en rond mei of juni kun je de dikke peulen oogsten. Oogst ze als de bonen in de peul mooi dik beginnen te worden, want als je te lang wacht worden ze melig. Een leuk feitje: tuinbonen hebben een dubbel jasje. Je haalt eerst de peul open en kookt daarna de bonen kort om ze vervolgens te doppen, waarbij je het grijs-groene vliesje verwijdert. Het is even werk, maar het resultaat is een romige, felgroene boon met een milde, bijna boterachtige smaak.
Ingrediënten (voor 4 tot 6 crostini)
– 250 gram tuinbonen (gedopt, dus zonder peul en vliesje)
– 1 teen knoflook, fijngehakt
– 1 eetlepel olijfolie extra vierge (plus extra om te besprenkelen)
– sap van een halve citroen
– zout en peper naar smaak
– 4 tot 6 sneetjes goed brood (bijvoorbeeld zuurdesem of ciabatta), geroosterd
– optioneel: verse munt of peterselie als garnering
Bereiding
Kook de gedopte tuinbonen 2 tot 3 minuten in kokend water met een snufje zout en giet af. Pureer ze grof met een vork of staafmixer samen met de knoflook, olijfolie, citroensap, zout en peper tot een smeuïge maar licht grove spread. Proef en breng eventueel extra op smaak. Besmeer de warme crostini royaal met het tuinbonenmengsel en garneer met wat verse kruiden en een drupje extra olijfolie.
Heerlijk als voorgerecht of borrelhapje, fris en smeuïg met een echte voorjaarsbite!